Indonesië: 40ste verdrinking in een verlaten steenkoolput terwijl president speecht op COP26
Op 31 oktober verdronk het 40ste slachtoffer in één van de duizenden steenkoolputten in Indonesië. Ditmaal in het dorp Makroman, in de provincie Oost-Kalimantan. Voor alle duidelijkheid, het is het 40ste geval dat gedocumenteerd is door JATAM, het Indonesische netwerk inzake mijnbouwbeleid, en al ruim 15 jaar partner van 11.11.11.
03 Nov 2021
3 minuten
De mijnbouw heeft desastreuze gevolgen voor de bevolking
Merah Johansyah, de nationale coördinator van JATAM, is afkomstig uit de provincie Oost-Kalimantan. De hoofdplaats Samarinda staat bekend als de steenkoolhoofdstad van het land. “Reeds 20 jaar voert JATAM actie tegen steenkoolontginning. Na de decentralisatie van het bestuur werd het land begin jaren 2000 overspoeld met vergunningen voor mijnbouw, in en rond Samarinda waren dat er bijna 1000. De invloed op de lokale bevolking is desastreus, velen verloren hun land, en werden gedegradeerd tot truckchauffeur of kraanbestuurder. Niks verkeerd met deze beroepen natuurlijk, maar het ontnam hen wel de mogelijkheid om zelf te beslissen over hun land. De rivieren raakten vervuild en er zijn regelmatig overstromingen.”
Fraude, illegaliteit en nalatigheid zijn schering en inslag
Indonesië is sinds 2011 de grootste uitvoerder van steenkool. Sindsdien consolideerde zich een bijzonder machtige lobby van grote en kleine bedrijven die zich op deze business stortten. Merah heeft deze evolutie zien gebeuren als toenmalig student en ziet het nu als zijn ‘missie’ om te strijden tegen deze bedrijven die veelal in de illegaliteit opereren.
In 2015-16 deed de nationale Anti-corruptie commissie een onderzoek naar de boekhouding van de mijnbedrijven. Toen bleek dat maar liefst 45% geen BTW-nummer had, wat de weg opent voor regelrechte fraude. De sector schermt altijd met het feit dat ze meer opbrengt dan landbouw, maar dit onderzoek gaf net het tegendeel weer.
Merah: “ Alle steenkool wordt hier afgegraven, dit is de snelste en goedkoopste manier voor de bedrijven om veel geld te verdienen, zo laten ze enorme kraters achter in ons landschap. Eigenlijk kan iedereen met een kraan en een vrachtwagen een bedrijf beginnen. In 2011 documenteerden we de eerste verdrinking in zo’n put. Volgens de wet moeten de bedrijven deze putten terug dempen nadat ze de site verlaten. Dat kost natuurlijk geld, en velen doen het dan niet.”
De overheid laat begaan, en is zo medeplichtig aan dit soort incidenten. Deze putten worden ook niet omheind. Eenieder kan er zomaar in terecht komen, kinderen zijn met stip de grootste slachtoffers. Deze keer was het een 25-jarige man die van hoge hoogte in de put gesprongen is, en blijkbaar de bodem te hard geraakt heeft.
President Jokowi spreekt mooie woorden op de COP26
Merah: “De ironie wil dat net op dat moment onze president in Glasgow mooie woorden sprak over het klimaatbeleid en hoe wij onze CO2 uitstoot zouden aanpakken. Pijnlijker kon het niet. Indonesië is verslaafd geraakt aan steenkool, 60% van de elektriciteit wordt opgewekt met steenkool, terwijl slechts 11% met hernieuwbare bronnen. En daarbovenop voert het 75% van de jaarlijkse productie uit naar vooral China en India.”
Op een moment dat de rest van de wereld steenkool de rug toe keert sterven er in Indonesië jaarlijks ongeveer 1500 mensen door vervuilde lucht. Jatam voert reeds jaren actie met de slogan ‘Coal Kills’. Dit doden is niet alleen onzichtbaar, via luchtvervuiling, maar treft ook de mensen die nabij deze dodelijke steenkoolputten wonen. Helaas voor hen is de politieke elite sterk verstrengeld met de mijnbouwsector en wordt de steenkoolsector geen strobreed in de weg gelegd.