Kolwezi, de Congolese stad die verdwijnt voor onze batterijen: “Bedrijven krijgen carte blanche”
01 Aug 2025
4 minuten
In Kolwezi, een stad in het zuiden van Congo, woedt een strijd die veel Europeanen amper kennen. Terwijl de vraag naar kobalt en koper explodeert door de energietransitie, raken duizenden inwoners hun huizen en landbouwgronden kwijt. “De energietransitie mag niet alleen Europa ten goede komen,” zegt mensenrechtenadvocaat Donat Kambola van 11.11.11-partner IBGDH.
Kolwezi ligt in het hart van koper- en kobaltvindplaatsen in de Congolese provincie Lualaba. De vraag naar die grondstoffen, onmisbaar voor bijvoorbeeld batterijen van elektrische wagens of de infrastructuur van datacenters, is de voorbije jaren pijlsnel gestegen. “Met de ondergang van het staatsbedrijf dat koper en kobalt exploiteerde, kwam de stad in een sociale en economische crisis terecht,” vertelt Kambola. De Congolese overheid besloot vervolgens in 2002 de Mijnbouwwet te herzien, waardoor verschillende buitenlandse multinationals zich in Congo konden vestigen. En dat doen ze massaal.
Kambola zag in 2002 al de precaire staat waarin de stad zich bevond: “Toen ik me bewust werd van de armoede, besloot ik me na mijn rechtenstudies als advocaat in te zetten voor de verdediging van de rechten van lokale gemeenschappen. Het heeft me er ook toe aangezet om het Initiative pour la Bonne Gouvernance et les Droits Humains (IBGDH) op te richten,” legt Kambola uit.
Koper voor de wereld
Meer dan twintig jaar later, is de stad omsingeld met mijnbouwbedrijven, die steeds verder willen uitbreiden. In een rapport bracht IBGDH samen met Amnesty International de mensenrechtenschendingen door de opmars van de mijnbouwbedrijven in kaart.
Daaruit blijkt dat verschillende mijnbouwbedrijven die een belangrijke rol spelen in de energietransitie, zorgen voor een groot aantal illegale onteigeningen, die bovendien vaak op gewelddadige manier worden uitgevoerd. Brandstichting, intimidatie en fysiek geweld worden ingezet om de bevolking weg te drijven. De Congolese autoriteiten werkten daar bovendien actief aan mee.
Het Oosten van Kolwezi in 2016 en 2025. Op een paar jaar tijd nam het bedrijf COMMUS een groot deel van de wijk aan het Kabongo meer in. De exploitatie gebeurt vlak bij woongebied.

“Vandaag veroordelen we dat Kolwezi verdwijnt door de gedwongen uitzettingen van onze inwoners,” zegt Kambola. Daarnaast kaart het IBGDH de gevolgen van de uitzettingen voor de getroffen gemeenschappen aan. Zo worden talloze gezinnen onteigend zonder gepaste vergoeding of nieuwe huisvesting, waardoor hun woonsituaties drastisch verslechteren. Toegang tot water en energie is nadien vaak gebrekkig.
“We bevinden ons in een mondiale energietransitie. De grond van Lualaba biedt de wereld koper en kobalt om deze transitie mogelijk te maken, maar onze bevolking zelf kampt met een ernstig energietekort,” legt Kambola uit.

Vervuild water, ongezonde lucht
De impact van de mijnbouw is niet alleen sociaal, maar ook ecologisch desastreus. Mijnbouwbedrijven gebruiken bij de winning van mineralen veel water, dat op verschillende plaatsen geloosd wordt en naar de rivieren stroomt. “Vroeger konden mensen uit de rivier drinken of water gebruiken voor hun gewassen. Nu zit het vol giftige stoffen en zuren,” zegt Kambola.
“Er zijn studies die hebben aangetoond dat vrouwen bijvoorbeeld vroegtijdige menopauzes hebben. Ziekenhuizen melden gevallen van kinderen die geboren worden met afwijkingen,” schetst Kambola. “We staan in contact met veel mensen die andere problemen hebben, zoals ademhalingsaandoeningen. Tijdens het droge seizoen komt er stof vrij uit al die mijnbouwsites en dat komt terecht in de longen van de bevolking.”

Corruptie en straffeloosheid
Kambola kijkt voor de verantwoordelijkheid van de misbruiken niet enkel naar de bedrijven zelf. In theorie is de Congolese staat in de eerste plaats verantwoordelijk voor de bescherming van de fundamentele rechten van de bevolking. “Maar helaas is er in de praktijk, door corruptie, slecht bestuur en belangenvermenging, te veel straffeloosheid. Er is te veel laksheid, waardoor bedrijven carte blanche krijgen om overal te exploiteren zonder rekening te houden met de milieueffecten of met de bevolking,” vindt Kambola.
Daarnaast pleit het IBGDH voor due dilligence-verplichtingen (wetgeving rond het respecteren van mens-, arbeids- en milieurechten) voor alle actoren in de toeleveringsketen: “Van de winning tot de consumptie,” stelt Kambola. Deze zorgvuldigheidsverplichtingen moeten volgens hem meer zijn dan een loutere formaliteit. Hij ziet zo het potentieel van bedrijven om te investeren in de bevolking, met programma's die bijdragen aan armoedebestrijding en de bevolking toegang geven tot elektriciteit.

Kleine overwinningen
Toch is er ook hoop. Na aanhoudende druk van IBGDH vaardigde het provinciebestuur van Lualaba een besluit uit dat inwoners beter moet beschermen tegen uitzettingen. Kambola zelf blijft ook gemotiveerd door de individuele mensen die het IBGDH kan helpen: zo staat het initiatief mensen bij om een schadevergoeding te bekomen na een onteigening: “Ik doe dit werk omdat ik wil bijdragen aan het welzijn van mijn volk, omdat ik geloof dat ze beter verdienen,” klinkt het bij de mensenrechtenadvocaat.
“De energietransitie mag niet alleen Europa ten goede komen. Ze moet ook rechtvaardig zijn voor ons, Congolezen, die leven op de grond die de wereld van koper en kobalt voorziet, de grond waar de transitie begint.”

Steun Donat's werk met een gift
Als advocaat bij 11.11.11-partner IBGDH verdedigt Donat de rechten van lokale gemeenschappen die getroffen worden door mijnbouw in het Congolese Kolwezi. Met een gift kan je zijn werk steunen. Bedankt voor je steun.