Het handelsakkoord tussen de EU en Indonesië: niet tegen elke prijs
De Europese Unie en Indonesië zouden in 2025 een alomvattend economisch partnerschapsakkoord (CEPA) kunnen sluiten. Het Belgisch Platform voor Rechtvaardige en Duurzame Handel, dat door 11.11.11 samen met zijn Franstalige tegenhanger wordt gecoördineerd, luidt de alarmklok: volgens de weinige beschikbare documenten houdt de overeenkomst tal van risico's in voor de mensenrechten, sociale rechten en milieurechten.
Belgische ngo's en vakbonden eisen dat het hoofdstuk “handel en duurzame ontwikkeling” van de overeenkomst bindend wordt en voorzien is van sancties, om de naleving van de rechten van werknemers, milieunormen en de rechten van inheemse volkeren te waarborgen. Ze eisen ook dat de ondertekening van het akkoord afhankelijk wordt gesteld van de verbetering van de Indonesische wetgeving, met name op het gebied van het arbeidsrecht, dat door de Indonesische Omnibuswet sterk is uitgehold.
Het Platform vraagt de EU ook om het recht van Indonesië te respecteren om zijn lokale sectoren te beschermen, met name voor kritieke grondstoffen zoals nikkel, en om elk mechanisme voor de bescherming van private investeringen dat de nationale rechtspraak omzeilt (ISDS/ICS), uit te sluiten. Het pleit voor sterke garanties op het gebied van voedselsoevereiniteit en de bescherming van kleine boeren.
Ten slotte moeten de onderhandelingen transparanter worden: het is onaanvaardbaar dat het maatschappelijk middenveld, zowel in Indonesië als in Europa, wordt buitengesloten van discussies die zo bepalend zijn voor de toekomst van de volkeren en de planeet.
Lees hier het volledige standpunt van het Platform.
Lees hier ook meer over de hernieuwde militarisering van het politiek apparaat.