Het conflict tussen Israël en Palestina laait op.

Federaal regeerakkoord doorgelicht: Buitenlands Beleid

De nieuwe Arizonaregering benadrukt terecht het cruciale belang van de “op regels gebaseerde internationale orde” en haalt scherp uit naar actoren die de internationale rechtsorde ondermijnen. Maar het land van wie het optreden een existentiële bedreiging vormt voor diezelfde orde, Israël, wordt met fluwelen handschoenen behandeld. Een dubbele standaard die de geopolitieke positie en geloofwaardigheid van België en de Europese Unie verder ondermijnt, en nalaat om doortastende actie te ondernemen tegen oorlogsmisdaden, misdaden tegen de menselijkheid en genocide in Palestina. Het regeerakkoord biedt echter ook een aantal belangrijke openingen voor verdere actie, die door de nieuwe minister van Buitenlandse Zaken Maxime Prévot moeten worden uitgewerkt in zijn toekomstige beleidsnota. Positief is ook het blijvend en prioritair engagement in de regio Grote Meren (Centraal-Afrika) en de situatie in Syrië.

Midden-Oosten

Het regeerakkoord bevat enkele oproepen tot een tweestaten-oplossing en een veroordeling van het Israëlische nederzettingenbeleid, maar laat na duidelijke gevolgen (economische sancties, wapenembargo) te verbinden aan de massale Israëlische oorlogsmisdaden, misdaden tegen de menselijkheid en genocide. Na decennia van tandeloze Europese oproepen en veroordelingen zou het duidelijk moeten zijn dat business as usual geen zoden aan de dijk zal brengen. Telkens hetzelfde doen (veroordelen maar geen actie ondernemen) en een beter resultaat verwachten, beantwoordt aan Einsteins definitie van waanzin. Miljoenen mensen wereldwijd hebben het volledig gehad met de Westerse schizofrenie en dubbele standaarden over de genocide in Palestina. De nieuwe regering zegt de internationale rechtsorde overeind te willen houden, maar haar aangekondigde beleid dreigt juist bij te dragen aan de ondermijning van diezelfde orde.  

Tegelijk zijn er ook positieve punten, zoals het voornemen om een voortrekkersrol te spelen in de verdere uitbouw van het Europese sanctieregime tegen gewelddadige kolonisten; een actieve medewerking aan onderzoeken van het Internationaal Strafhof en Internationaal Gerechtshof; en blijvende steun aan het VN-Agentschap UNRWA.  

Minister van Buitenlandse Zaken Prévot kan daar verder op bouwen door in zijn beleidsnota te verduidelijken dat België extra maatregelen zal nemen ter uitvoering van de Adviserende Opinie van het Internationaal Gerechtshof (juli 2024). Dit onder meer via een verbod op handel en investeringen met nederzettingen, de instelling van een omvattend wapenembargo, en initiatieven gericht op de opschorting van het EU-Israël Associatieakkoord en de uitsluiting van Israël uit het Europese Horizonprogramma. Daarnaast verwacht 11.11.11 een ondubbelzinnig engagement dat de nieuwe regering alle arrestatiebevelen van het Internationaal Strafhof zal uitvoeren, en binnen de Europese Unie zal ijveren voor de activering van het “EU Blocking Statute” tegen Amerikaanse anti-ICC sancties. Tot slot roepen we minister Prévot op om ervoor te zorgen dat Europese sancties worden uitgebreid naar alle individuen en entiteiten die de bezetting in stand houden, zoals ook gesteld in een door België gesteunde VN-resolutie (september 2024).  

Wat betreft Syrië verwelkomt 11.11.11 de nadruk in het regeerakkoord op het belang van een veilige en vrijwillige terugkeer en de strijd tegen straffeloosheid. In aanloop naar een nieuwe EU-Syriëconferentie roept 11.11.11 de regering op om een voortrekkersrol te spelen in de ontwikkeling van een nieuwe Europese Syriëstrategie, ter vervanging van de huidige strategie die in 2017 werd opgesteld. Dergelijke strategie moet uitgaan van een aantal doelstellingen: 1) het verzekeren van een inclusieve en door Syriërs geleide politieke transitie; 2) een conflict-sensitieve heropbouwinspanning en de opheffing van sectorale sancties; 3) de creatie van de condities voor een veilige en vrijwillige terugkeer; 4) blijvende steun voor opvang en bescherming van Syrische vluchtelingen in de buurlanden; 5) extra inspanningen in de strijd tegen straffeloosheid en transitional justice; en 6) een actieve en betekenisvolle betrokkenheid van de Syrische civiele maatschappij in politieke discussies over terugkeer en heropbouw.  

 

Regio Grote Meren

De Grote Meren regio krijgt een sterke passage in het regeerakkoord. Het fundament is een blijvend en prioritair engagement in de regio. De motivatie voor dit engagement is lauw: vanwege de “expertiserol”. De relatie tussen België en de Grote Meren regio wordt nog steeds gekenmerkt door structurele ongelijkheden die hun wortels vinden in het kolonialisme. Meer dan expertise moet het gaan over een historische en actuele verantwoordelijkheid.  

De ogen worden vervolgens -terecht- gericht op de oorlog in Oost-Congo. Belangrijke grondoorzaken zoals de grondstoffenhandel en de strijd tegen de straffeloosheid behoren tot aandachtspunten van de nieuwe regering. Er wordt continuïteit voorzien wat betreft de focus op seksueel en gendergerelateerd geweld. Belangrijk is ook dat er een duidelijke Belgische positie verankerd wordt met de vraag voor een onmiddellijke beëindiging van het M23-offensief en de terugtrekking van Rwandese troepen uit Congolees grondgebied.  

Hier blijft de vraag hoe België dit statement zal hard maken bij partnerland Rwanda. België haalt het belang aan van een Europese samenwerking. Tegelijk mag België zich niet verstoppen achter de business as usual houding van de andere lidstaten en moet het de geclaimde expertiserol aanwenden om te blijven hameren op concrete acties. Hierbij horen het beëindigen van de MoU over kritieke mineralen met Rwanda, een actualisering van de gerichte sanctielijst, het stopzetten van de militaire samenwerking met Rwanda, bijkomend internationaal en onafhankelijk strafrechtelijk onderzoek naar ernstige mensenrechtenschendingen.  

De burgerbevolking van Rwanda en Burundi mag niet vergeten worden bij de samenwerking rond de humanitaire en economische crisis. De ondersteuning van het onafhankelijke middenveld in de drie landen blijft cruciaal.