Klimaat en natuurlijke rijkdommen

Klimaatbeleid moet niemand achter laten. Dat is een echo die we in meerdere partijprogramma’s terugvinden. Terecht. De huidige opwarming van 1,1°C heeft al grote gevolgen voor voedselzekerheid, drinkwater, gemeenschappen en veroorzaakt onomkeerbare schade, vooral in lage-inkomenslanden. Ook België ondervindt de impact, zoals de overstromingen en hittegolven aantoonden. In een klimaatcrisis waarin verantwoordelijkheden en gevolgen ongelijk verdeeld zijn, vindt 11.11.11 dat internationale solidariteit een hoeksteen van het Belgische klimaatbeleid moet zijn. Dit is ook in ons eigen belang: België kan deze crisis niet alleen oplossen. Een mondiale aanpak is noodzakelijk. Daarom hebben we de partijprogramma’s onderzocht om te zien hoe partijen kijken naar internationale klimaatrechtvaardigheid.

Klimaat beroert quasi alle partijen

De uitspraak na de Klimaatzaak was glashelder: een faire Belgische bijdrage aan de klimaatverandering veronderstelt een emissiereductie van minstens -55% tegen 2030 (tegenover 1990). Zowel Groen, Vooruit als PVDA ondersteunen dit. Dit is noodzakelijk om de opwarming gemiddeld onder 1,5°C te houden - een cruciale grens voor mensen wereldwijd. Binnen deze context is het verontrustend dat Open VLD, CD&V en N-VA geen hogere doelstellingen vooropstellen. Die laatste stelt zelfs de bindende doelstellingen voor individuele EU-lidstaten in vraag. Het Vlaams Belang is het meest problematisch. De partij danst omheen de klimaatwetenschap en pleit om uit de Europese Green Deal te stappen. Doelstellingen zijn natuurlijk niet alles. De meeste partijen besteden wel voldoende aandacht aan klimaat, ook al schieten sommige van de concrete maatregelen op vlak van natuur, mobiliteit, energie, wonen en industrie tekort (zie ook de partijwijzer van de Bond Beter Leefmilieu)

En wat met een rechtvaardig klimaatbeleid voor werknemers, of mensen in kwetsbare posities? Dit ontbreekt grotendeels bij Open VLD en N-VA. Vooruit maakt daarentegen van de rechtvaardige transitie een hoeksteen van hun beleid met concrete maatregelen zoals collectieve woningrenovaties. Ook Groen pleit voor een Groene en Sociale Deal die rechtvaardigheid in verschillende sectoren zoals arbeidsmarkt en mobiliteit waarborgt. 11.11.11 vraagt dat klimaatbeleid ook rekening houdt met de milieu-, arbeids- en mensenrechtenimpact in andere landen. Heel concreet kan dit door het Nationaal Energie en Klimaatplan hieraan te toetsen bij het uitstippelen van beleid. Zo vermijden we dat ons beleid bijdraagt aan ontbossing, arbeidsschendingen, en zo voort. Sommige partijen schuiven interessante voorstellen naar voren. Zo vraagt Groen rekening te houden met mensenrechten en met de milieu-impact bij de import van groene waterstof, en agrobrandstoffen van tweede generatie. Ook PVDA ondersteunt dit. Vooruit wil dan weer een einde aan consumptie van producten met soja en palmolie. N-VA, Open VLD en Vlaams Belang schuiven geen concrete ambities naar voren.

De klimaatcrisis stopt niet aan de Vlaamse kust

Het terugdringen van de Belgische uitstoot is cruciaal. Maar ook internationaal is actie nodig. Het hele Afrikaans continent is slechts verantwoordelijk voor 4% van de historische emissies, maar draagt wel de zwaarste klappen. België, als historisch grote uitstoter en welvarend land, draagt de verantwoordelijkheid om lagere inkomenslanden te ondersteunen in hun klimaatuitdagingen. Zowel financieel als technologisch.

Er bestaat een vrij breed politiek draagvlak voor internationale klimaatfinanciering bij zowel CD&V, Vooruit, N-VA, Groen en PVDA. Groen en PVDA tonen de meeste ambitie. PVDA vraagt een groeipad naar minstens 500 miljoen euro, het bedrag dat ook 11.11.11 naar voor schuift. Ook Vooruit vraagt een verhoging van de budgetten en benadrukt het belang van adaptatie, eveneens een eis van 11.11.11. Groen plaatst geen streefcijfer naar voren. Aan de inkomstenkant stelt Groen wel voor om een deel van de inkomsten uit het emissiehandelsysteem (ETS) en de koolstofbelasting aan de grens (CBAM) te besteden aan klimaatfinanciering, en PVDA pleit voor een wereldwijde belasting op de winsten van fossiele brandstoffenbedrijven. Bij Vooruit ontbreken concrete plannen voor extra financiering.

Groen, PVDA en Vooruit kaarten ook de problematiek van schulden aan. Zoals te zien bij de overstromingen in Pakistan in 2022, belemmert de onhoudbare schuldencrisis een adequate bescherming van de getroffen bevolking. Groen en PVDA schuiven concrete voorstellen naar voren. Vooruit wilt dan weer inzetten op duidelijk kader voor reële schuldkwijtschelding om debt-for-development swaps uit te voeren. Groen en PVDA pleiten als enige voor bescherming van slachtoffers van klimaatrampen zoals overstromingen, droogte en cyclonen door bij te dragen aan het loss and damage fund op VN-niveau – een eis van 11.11.11. CD&V wil dan weer inzetten op een flexibeler budget binnen humanitaire samenwerking. Vooruit besteed ook aandacht aan de problematiek van klimaatrampen, maar zonder concrete voorstellen.

CD&V, Vooruit, Groen en PVDA leggen accenten in lijn met de urgente uitdagingen van lagere inkomenslanden: klimaatadaptatie, agro-ecologie en toegang tot hernieuwbare energie en technologie. N-VA doet dit echter niet. De partij geeft bij klimaatfinanciering voorrang aan Vlaamse bedrijven en ziet het als een onderhandelingsinstrument voor "evenwichtige" klimaatakkoorden. Zo dreigen klimaatkwetsbare gemeenschappen uit de boot te vallen. Ook Open VLD stelt teleur en vermeldt internationale klimaatfinanciering niet, ondanks dat dit een essentieel element is voor internationale samenwerking en het tegengaan van de klimaatcrisis. Vlaams Belang zet niet in op klimaatfinanciering.

Gezocht: grondstoffenbeleid met mensenrechten centraal

Met de digitale en energietransitie, is het paniekvoetbal begonnen om toegang te verzekeren tot kritieke grondstoffen. We hebben nood aan een Europees grondstoffenbeleid dat de vraag naar grondstoffen reduceert, en milieu- en mensenrechten centraal stelt, gezien de gekende mensenrechtenschendingen en milieuschade in de mijnbouwketen en de eigen Europese verantwoordelijkheid hierin.

Groen, Vooruit en PVDA hebben in meer of mindere mate aandacht voor de problematiek. Groen en PVDA erkennen de verantwoordelijkheid van België als land met hoge materiaalvoetafdruk, en pleiten voor eerlijke handelsrelaties en respect voor mensenrechten. Hierbinnen vraagt Groen expliciet voor de inspraak van lokale gemeenschappen (het internationaal principe ‘Free, Prior and Informed Consent’). Vooruit wil onze “soft power” vergroten door in te zetten op duurzame en wederkerige handelsakkoorden en te investeren in hernieuwbare energie in grondstofrijke landen. In het algemeen blijven ambities tot "duurzame partnerschappen" wat op de oppervlakte. Het is echter belangrijk intenties te vertalen naar concrete maatregelen, bijvoorbeeld binnen instrumenten zoals de Europese kritieke grondstoffenstrategie, het EU handelsbeleid, zorgplichtwetgeving, of conflictmineralenwetgeving.

CD&V wil samenwerken met de DRC en Latijns-Amerika tegen “onze systeemrivalen”, zonder kritische reflectie over de eigen verantwoordelijkheid. Het alternatief dat CD&V vooropstelt, blijft vaag en weinig kritisch over instrumenten zoals de Global Gateway strategie van de EU. Diezelfde eenzijdige houding zien we bij Open VLD, dat focust op strategische autonomie van Europa en mijnbouw, maar verantwoordelijkheid negeert voor mensenrechten en lokale waardecreatie in grondstofrijke landen. Bij N-VA en Vlaams Belang vinden we geen sporen van aandacht voor mensenrechten.

Image
Foto beleidsmedewerker Kiki Berkers

Kiki Berkers

Beleidsmedewerker klimaat