Comité Kisaro

Adres
Emiel Vandorenlaan 27 3600 Genk België
Contactpersoon
Geert Swartenbroekx
Organisatievorm
vzw
Telefoonnummer
KBO-nummer
0446791106

Over de organisatie in België

Actief in provincie(s)
Limburg
Actief in gemeente(s)
Genk
Opstartjaar
1991
Fiscale attesten
own
Thema(s)
Infrastructuur
Landbouw en/of visserij

Over de organisatie in het Zuiden

Werkingsgebied in het Zuiden
Rwanda
Partnerorganisatie in het Zuiden
ngo CPPA Kisaro (Centre de Perfectionnement en Promotion Agricole)

Missie

Het comité Kisaro werd in 1972 opgericht ter ondersteuning van het project Kisaro. Dit project in Rwanda is een centrum voor landbouwontwikkeling dat wil voorzien in de noden van de bevolking uit de omgeving.

Het comité heeft als missie:

-het project in Kisaro ter plaatse moreel, materieel en organisatorisch steunen;

-in eigen land activiteiten organiseren of bijstaan die materiële of financiële hulpmiddelen opbrengen

-onze eigen mensen focussen op de noden van de derde wereld en Rwanda in het bijzonder

Historiek

1. De voorgeschiedenis: het ontstaan van de C.E.R.A.R.
• Het project Kisaro is een spin-off van het werk van de Broeders van de Christelijke Scholen, die sinds 1953 in Rwanda werken en van dat ogenblik de Normaalschool in Byumba besturen. Aangemoedigd door de richtlijnen van het concilie, sprak broeder Mansuy het verlangen uit om een centrum op te richten dat het lot van de armen in Rwanda structureel moet verbeteren.
• Bij een bezoek van de Belgische Provinciale oversten aan Rwanda vroeg broeder Mansuy een broeder te sturen die met dit werk zou worden belast. Het was in 1971. Datzelfde jaar had de Unesco het initiatief genomen om, in samenwerking met het Ministerie van Opvoeding, C.E.R.A.R.'s (Centres d'Education Rurale et Artisanale du Rwanda) op te richten: een onderwijsvorm voor jongens die zes jaar lager onderwijs gevolgd hadden en niet toegelaten waren in de middelbare school. De broeder, door broeder Mansuy gevraagd, zou de oprichting van de C.E.R.A.R. op zich nemen, die in september 1972 zou beginnen. Bij zijn terugkeer richtte broeder provinciaal zich tot broeder Cyriel om zich aan dit werk te wijden. Broeder Cyriel was op dat moment 49 jaar; hij had als taak het bestuur van de boerderij en het economaat van het klooster in Bokrijk en deed dat al gedurende 20 jaar. Deze ervaring zou hem later nog goed van pas komen...
• Broeder Cyriel vroeg aan zijn oversten om vooraf Rwanda te mogen bezoeken, en in december 1971 vertrok hij voor een periode van 3 weken om daar de toestand te bekijken. Hij besteedde veel aandacht aan het leven van de landbouwers, hun methodes en opbrengsten. Onder de indruk van hun armoede en tegelijkertijd getroffen door de rijkdom van het klimaat en het grote potentieel aan arbeidskracht, bestudeerde hij het leerplan van de C.E.R.A.R. Hij stelde met spijt vast dat men (alweer) de toestand wilde redden door een soort school waar er voor de praktijk zeer weinig tijd was voorbehouden. Zijn mening was dat een centrum dat te veel tijd besteedt aan theoretisch onderricht en een min of meer klassieke vorming verstrekt, mensen vormt die uit de landbouw vluchten.
• Het centrum voor landbouwvorming dat men C.P.A. (Centre de Perfection Agricole) zal noemen, zal geen gelijkenis meer hebben met een school. Het geeft voornamelijk praktische opleiding die de landbouwer in staat moet stellen het hoofd te bieden aan de problemen eigen aan het landbouwbedrijf, en waarmee hij of zij op een behoorlijke wijze het gezin kan onderhouden. Daartoe is een intensieve landbouw nodig. Vanwege zijn aardrijkskundige ligging, zijn hoge bevolkingsgroei en zijn bodemgesteldheid moet Rwanda zich speciaal op de landbouw toeleggen. Dit is voor de grote meerderheid van de bevolking op dit ogenblik het enige middel van bestaan.
• Terug in België deed broeder Cyriel een voorstel aan zijn oversten: hij aanvaardde de leiding van de C.E.R.A.R. in Byumba als experiment en aanpassing, maar na drie jaar zou hij op een andere plaats de vorming van de eerste promotie voortzetten, om er landbouwers van te maken, in staat om nieuwe landbouwmethodes te propageren in Rwanda.
• En zo begon dit project. Op 4 september 1972 kwam broeder Cyriel aan in Byumba. Op 15 oktober opende de C.E.R.A.R. zijn deuren voor 40 jongens. Het was een van de eerste C.E.R.A.R. 's van Rwanda. Voor de praktijk was slechts 1 ha eigendom van de Broeders ter beschikking.
• In april 1973 leende de regering van Rwanda aan het project 10 ha, gelegen aan de voet van een heuvel in Kisaro op 12 km van Byumba, een vroegere concessie van een Duitse koloniaal, Schmit. Het feit dat broeder Cyriel nodig was om het centrum in Kisaro op te bouwen, bracht hem op het idee om vrijwilligers aan te trekken. Vanaf september 1973 kreeg hij hulp van André en Moniek Claes-Tilkin en van Hubert en Trees Schoors-Wieme zodat zij elkaar in Byumba en in Kisaro konden aflossen. In september 1974 kwam broeder Alexis er bij. Hij nam de eerste twee leerjaren in Byumba voor zijn rekening. Het derde leerjaar kreeg zijn vorming in Kisaro.

2. De geschiedenis van het project

• In juli 1975 werd het contract van de vrijwilligers niet verlengd en bleef broeder Cyriel alleen achter op Kisaro. Dat was ook het moment dat de eerste afgestudeerden van de C.E.R.A.R. de school verlieten. Het was hét moment om de C.P.A. te starten. In november werd de vraag gericht aan het Ministerie van Jeugd om Kisaro onder zijn voogdij te nemen. Het ministerie nam dit voorstel dadelijk aan en de overeenkomst werd op 22 december 1975 ondertekend. Dit betekende de definitieve start van het centrum voor landbouwvorming in Kisaro.
• In november 1980 wordt die concessie op vraag van broeder Cyriel uitgebreid tot 45 ha.
De eerste afgestudeerden van de school "C.E.R.A.R." van Byumba kregen hun verdere opleiding in Kisaro. Het is met deze jongens en hun opvolgers dat broeder Cyriel met heel veel enthousiasme 40 jaar lang het centrum geleid heeft tot aan zijn overlijden in 2015.
• In mei 1999 wordt het C.P.A. administratief omgevormd naar de asbl C.P.P.A. KISARO: "Centre de Perfectionnement et de Promotion Agricole". Deze vzw wordt in 2014 omgevormd tot een ngo naar Rwandees Recht: ONG C.P.P.A. KISARO.
• De voornaamste activiteit van het centrum is de verbetering van de landbouw en daarbij het promoten van verschillende teelten. Om tot duurzame landbouw te komen, worden op 45 ha vruchtbare heuvels van Rwanda met hak en schop terrassen aangelegd. Deze landbouwmethode zorgde onmiddellijk voor succesvolle oogsten! Elke maandag worden er werkkrachten aangenomen om het land te bewerken en om te oogsten met als doel zo veel mogelijk mensen kennis te laten maken met de landbouwtechnieken van het centrum. Dat aantal kan oplopen tot wel 100 mensen per week!
Daarnaast worden er ook nog vruchten en groenten van mensen in de omgeving aangekocht en alle producten worden in de hoofdstad Kigali verkocht op markten, aan winkels, particulieren... De opbrengsten gaan terug naar de mensen en naar het centrum.
• Aardappelen zijn de door de bevolking erg gewild en er werd daarvoor in de loop der jaren een kiemhuis gebouwd waar 8 ton kan worden opgeslagen. Behalve in het droge seizoen worden er op de terrasheuvels haast elke maand aardappelen geplant. De opbrengsten ervan zijn zeer groot. Daarnaast worden er nog kolen, prei, selderie, salade, bonen, maïs, tarwe en sorghum geteeld.
Beter dan de sorghum, die in dit klimaat slechts langzaam groeit, is de tarwe geschikt als basisvoedsel voor de mensen. De groeicyclus van de tarwe is er vijf maanden. Ze wordt in september gezaaid en in februari geoogst. Een tweede maal wordt gezaaid in maart is de oogst in augustus. Het centrum stelde goede variëteiten ter beschikking met de verzekering van de productie op te kopen. Er wordt zowel aan particulieren als aan groothandelaars verkocht. Ook dit werd al snel een succesformule.
Wat de veeteelt betreft, worden voornamelijk Belgische varkensrassen gekweekt. De kweek van varkens in Rwanda bracht geen enkele moeilijkheid met zich mee. De varkens worden op het centrum vetgemest of uitgezet bij boeren in de buurt. De dieren worden daarna weer opgekocht en een deel wordt door jongens van het Centrum verwerkt in de slagerij. Er worden ook varkens verkocht aan telers in Rwanda en in de buurlanden. Ten slotte worden heel wat varkens op het centrum geslacht en de karkassen worden geleverd aan slagers in Kigali of zijn bestemd voor de uitvoer. Intussen is Kisaro uitgegroeid tot een referentiecentrum voor de kunstmatige inseminatie van varkens in Rwanda.
Om dit alles te verwezenlijken was er veel hulp nodig van het Comité Kisaro, maar ook op het centrum zelf werd er uiteraard hard gewerkt; in de loop van de jaren werden meerdere werkplaatsen gebouwd waar allerhande klussen worden geklaard: van lassen tot schrijnwerk, onderhoud en reparatie van machines, het maken van kruiwagens en bedden. Deze ateliers verhuisden in 2016 naar de gronden die in gebruik zijn door het Centrum. Er is ook een metselaarsploeg voor de bouw van huisjes, scholen, parochiegebouwen, gezondheidsposten en ondergrondse waterputten in de omgeving. De nodige materialen zijn niet altijd voorhanden, maar gelukkig zijn de mensen er creatief en kunnen ze met weinig geld en gerei hun 'plan trekken'.
Verder worden er op het Centrum alleenstaande moeders geholpen of tewerk gesteld. Ze worden ingeschakeld in de verschillende activiteiten.

• 3. Terrasseren

• Vanaf het eerste bezoek van broeder Cyriel aan Rwanda in 1971 had hij beslist de heuvels te terrasseren. Na het zoeken van een werkmethode begon hij eraan vanaf het schooljaar 1973-1974. Ondanks kritiek en spot zette hij door. Als ervaren landbouwer was hij er zeker van te slagen. Na ook de jongeren te hebben moeten overtuigen werden de eerste terrassen aangelegd op betrekkelijk goede grond. De eerste opbrengst van de aardappelen was zo overtuigend dat de jongens toegaven nog nooit zulke grote knollen te hebben gezien. Ook gerst en later tarwe lukten goed. Het vertrouwen was gewonnen, de start gegeven. De meesten hadden dat ook onmiddellijk begrepen. Later zou aan de nieuwkomers als voorwaarde worden gesteld voor hun aanvaarding, dat ze een toestemming hadden van hun vader om een stuk grond te terrasseren. Van jaar tot jaar groeide de interesse en na tien jaar was de vooruitgang van de radicale terrassering niet meer te stuiten.
• Ze vond haar bekroning in het officieel bezoek van de toenmalige president Habyarimana in 1985. Zijn bewondering en steun mondden uit in de erkenning van de methode van Kisaro als nationale methode voor erosiebestrijding en landbouw op 5 juli 1989. De proef was geslaagd!
• Kisaro was met de slag bekend en geroepen om zijn stempel te drukken op heel het landbouwgebeuren in Rwanda.
• Het is onmogelijk om, zonder terrassering, efficiënt landbouw te bedrijven op hellingen van meer dan 10%. Voor mindere hellingen bestaan er afdoende methodes die echter hun waarde verliezen op sterkere hellingen. De strijd tegen erosie heeft tot doel het afvloeien van de bouwlaag en dus ook van de voedingselementen te beletten en het behoud van het water te verzekeren. Het water is immers de belangrijkste factor van de productie. Behoudt men het water, dan drenkt het de grond, vormt een voorraad aan vocht in diepere lagen en geeft zo aan de wortels de mogelijkheid om zich te ontwikkelen en ook om de grond te behouden en te verrijken. Grondverbetering is dus een logisch gevolg van terrassering en elke toevoeging van bemesting betekent een duurzame verrijking van de grond. Dit alles waarborgt de mogelijkheid tot een intensieve landbouw.

 

Op zoek naar een andere 4de Pijlerorganisatie?

Zoek hier nog andere organisaties die in hetzelfde land of dezelfde landen (werkgebied) actief zijn of naar organisaties die vanuit dezelfde Belgische gemeente actief zijn.

1

binnen hetzelfde werkgebied binnen dezelfde gemeente